Er is een radicale omslag nodig naar een andere manier van eten produceren en consumeren. Meer plantaardig en minder dierlijk, verser en onbewerkter, handel in veel kortere voedselketens, productie binnen regionale kringlopen, geen verspilling. Dit zijn slechts enkele elementen van zo’n transitie. Belangrijk is om te beseffen dat we niet alles bij het oude kunnen laten, maar dan duurzamer. Er zijn nieuwe ketens nodig, een nieuw systeem.
Ondernemers, overheden, boeren, jongeren, koks, culinair journalisten, consumenten en andere vernieuwers zijn gemotiveerd om iets aan ons voedselsysteem te veranderen. Vernieuwende producenten, voedselcollectieven, markthallen en fooddesigners buitelen over elkaar heen. Maar wie zijn de echte changemakers die ons systeem laten kantelen? En wat brengt dit veel genoemde kantelpunt dichterbij?
Waar de vernieuwing enerzijds volop gaande is, houden de grote voedingsmiddelenpartijen het fort. En in plaats van vergaande innovaties te omarmen, zetten ze het liefst met de hele sector samen kleine stapjes. Dat is geen transitie. Dat is meer van het oude, maar dan een beetje duurzamer. Dat is werken vanuit angst om alles wat je hebt opgebouwd, kwijt te kunnen raken.
Radicale verandering
Zo’n transitie gaat niet over kleine stapjes. Het gaat over een onomkeerbare en radicale verandering van het discours. Dit vergt moed. Het vergt inzicht in de bottlenecks en kennis van de – soms kleinschalige – innovaties die het verschil kunnen maken. En vrijheid van denken over nieuwe voedselketens, over nieuwe structuren. Om zo een gelijk speelveld te creëren voor duurzame spelers. Inspirerende voorbeelden genoeg. Het bedrijf Kipster maakte een vliegende start in september 2017. Directeur Ruud Zanders heeft de ambitie om de meest dier, mens, en milieuvriendelijke kippenhouderij ter wereld te zijn en verwierf gelijk een hoge notering in de Trouw Duurzame 100. BioRomeo in de Noordoost-polder zorgt met 15 andere boeren voor een breed aanbod groenten, fruit en andere verse waar van eigen bodem. Jaring Brunia boert goed met 50 melkkoeien. Hij zorgt niet alleen voor een redelijk inkomen voor hemzelf, maar ook voor gezonde koeien, vogels en grasland. en vaan een radicaal andere manier van vee houden. En The Dutch Weed Burger is een van de talloze spelers op de markt voor plantaardige vleesalternatieven die laten zien dat plantaardig niet alleen lekker is, maar ook commercieel interessant. Of The Floating Farm in Rotterdam die in de zomer van 2018 zijn deuren opent met een drijvend stadslandbouwbedrijf in de Merwehaven.
Bovenal is voor zo’n transitie liefde en vertrouwen nodig. Liefde voor het nieuwe, het onbekende. En vertrouwen dat we met elkaar die volgende stappen in de omslag kunnen zetten. Het is hoog tijd. Als de consument meebeweegt, de overheid regels stelt én ruimte geeft aan vernieuwende mkb-ers, als grote marktpartijen de vernieuwing echt omarmen, het agrarische onderwijs meeduwt de goede richting uit, kunnen we met elkaar een duurzame golf veroorzaken. In plaats van een paar rimpelingen in het water. “Vele druppels hollen de steen uit.”